Uitwaaien
Uitwaaien op Ameland is altijd een goed idee. En waaien doet het tijdens het weekend van de Vuurtorentrail. Daar loop ik op zondag de ultra-afstand: een rondje van Hollum naar het Oerd en weer terug, in totaal zo’n zestig kilometer. De start is al om 7.30 uur en dus overnacht ik op het eiland. Samen met Jan, Jeanine en Peter verblijf ik in een klein huisje aan de rand van Hollum. Jeanine loopt de 18 kilometer, terwijl Jan en Peter zich aan de 35 kilometer wagen.
Vertraging
Zaterdagmorgen pak ik met Bas de trein naar Leeuwarden en daar stappen we in de bus naar Holwerd. De reis naar de veerdam verloopt voorspoedig, maar door het hoge water en de harde wind vaart de veerboot met vertraging. Een half uur later dan gepland zetten we voet aan wal en worden we opgepikt door Jan, die al op vrijdag naar Ameland is afgereisd.
Haasten
We rijden eerst naar ons huisje om de spullen te droppen. Bas kleedt zich alvast om, want hij loopt straks de 18 kilometer. Door de vertraging met de boot dringt de tijd inmiddels wel een beetje en dus haasten we ons naar de sporthal om zijn startnummer op te halen. Daarna lopen naar de start op het Zwaneplein. Gelukkig is Bas nog op tijd. Jeanine staat inmiddels ook al klaar en verder zie ik Jelda. Ook Edgar is present. Hij loopt vandaag de 18 kilometer én morgen de 35 kilometer in voorbereiding op De Zestig van Texel van volgende maand.
Uitsmijter
Nadat we de deelnemers aan de 18 kilometer hebben uitgezwaaid, zoeken Jan, Peter en ik een tafeltje in Herberg De Zwaan om een hapje te eten. Mijn keuze valt op de uitsmijter De Zwaan, met ham, kaas, spek en paprika. Dat gaat er wel in. Ik moet natuurlijk goed stapelen voor morgen. 😉
Onthalen
Na het eten en een bezoekje aan de sporthal nemen we plaats langs het parcours om de hardlopers te onthalen. Als eerste zien we Bas, die keurig binnen de twee uur finisht. Even later komen ook Edgar, Jelda en Jeanine over de streep.
Blond
‘s Avonds eten we bij restaurant De Griffel. Qua drinken valt de keuze op een Ameland Blond, een lekker eilandbiertje. Ook het eten (Amelander mosterdsoep, varkenshaas en ijs) is heerlijk. Daarna op tijd naar bed, want ik moet alweer vroeg uit de veren.
Briefing
Tegen 7.00 uur later stap ik de deur uit voor de verplichte briefing in Herberg De Zwaan. Organisator Robin geeft ons de laatste informatie, zodat we precies weten wat ons te wachten staat. Als bonus verklapt Robin dat we vandaag drie kilometer extra rennen.
De weersomstandigheden zijn prima en gelukkig blijft het droog. Wel steekt er een harde wind op, windkracht zes. Daar hebben we tot het Oerd enigszins profijt van, maar op de terugweg krijgen we de wind flink tegen.
Start
Om 7.30 uur is het tijd om te starten. Via de Bosweg verlaten we Hollum en rennen naar het Hollumerbos. Daar krijgen we meteen al wat stevige klimmetjes voor de kiezen.
Paardengraf
In het bos slaan we linksaf en op weg naar het strand passeren we het Paardengraf. Hier liggen de acht paarden begraven, die op 14 augustus 1979 bij het lanceren van de reddingboot op tragische wijze verdronken. Tegenwoordig is de paardenreddingboot een toeristische attractie. Toevallig is het goede doel van deze Vuurtorentrail de stichting Paardenreddingboot Ameland.
Strand
We rennen ongeveer een kilometer over het Waddenzeestrand en keren dan terug naar het Hollumerbos. Bij de Oranjeweg lopen we weer naar het strand. Aanvankelijk zouden we hier met een massastart vertrekken, maar het hoge water en de weersomstandigheden maakten de strandstart onmogelijk.
Frettepad
Met uitzicht op de vuurtoren verlaten we het strand en lopen over een smal duinpaadje verder. Verderop bereiken we het Frettepad, dat in het verleden weleens muller was. Nu valt er eigenlijk prima te lopen. Aan de andere kant van de duinen lopen we over het natte zand. In de verte zien we een fraaie Jacobsladder. Het zonnetje breekt door!
Finnegatspad
Met zo’n negen kilometer in de benen verlaten we het strand en rennen op het Finnegatspad onder meer over een fraai vlonderpad. Via een zompig graspad bereiken we de eerste verzorgingspost.
Afwisselend
In het komende stuk tot de volgende verzorgingspost lopen we afwisselend over het strand en door de Nesserduinen. We rennen langs camping Duinoord en beklimmen het Grauwe Duin. Daarna tanken we bij de verzorgingspost op de Strandweg even bij. De eerste 23 kilometer zitten erop, nog 40 kilometer te gaan.
Strandetappe
Door de Buurderduinen en over de Bureblinkert, het hoogste duin van Ameland, belanden we na 25 kilometer weer op het strand. Deze strandetappe van ruim vier kilometer heeft als eindbestemmming het Oerd, het drassige natuurgebied in het oosten van Ameland.
Het Oerd
Vanaf de Noordzeekant steken we over naar de Waddenzeekant van het eiland. Vanaf het uitzichtpunt Oerdblinkert hebben we een fraai uitzicht over het Oerd. Over een verhard paadje dalen we het duin weer af en rennen verder door het drassige gras. Slalommend om de plassen lukt het me zowaar om redelijk droge voeten te houden. Over duinpaadjes rennen we onder meer langs het Oerdwater, maar de route voert ook dwars door takkenbossen.
Nieuwlandsreid
De drassigheid van zojuist is niks vergeleken met de situatie in het Nieuwlandsreid. In deze kwelder staat het kleiland onder water en de voeten drooghouden is hier geen optie meer. Bovendien is het spiegelglad, want de natte klei blijft onder mijn Hoka’s plakken. De enige regen van de dag krijgen we hier over de kop, maar gelukkig is de bui van korte duur. Verderop steken we de Zinkesloot over en worden de paden geleidelijk weer wat droger.
Tegenwind
Inmiddels speelt de tegenwind al een flinke rol van betekenis. Tussen het Oerd en Nieuwlandsreid kwam ik met moeite vooruit en ook in het stuk door de Kooiduinen is het keihard bikkelen tegen de wind in. Ik moet geregeld een stukje wandelen om even op adem te komen. Dat is wel wat vroeg in de race, maar het is even niet anders.
Prikkeldraad
Na zo’n 39 kilometer wacht ons een bijzondere hindernis: we moeten over prikkeldraad heenklimmen. Gelukkig heeft de organisatie hier een stuk tapijt om de punten gewikkeld, zodat dit obstakel eenvoudig te overwinnen is. Door de Buurderduinen rennen we terug naar de verzorgingspost op de Strandweg.
Verzorgingspost
Daar klok ik na zo’n 41 kilometer een tussentijd van ongeveer 4:30 uur. Dat valt me niet eens tegen. Mentaal gaat het nog prima, maar ik heb al veel energie verspild. Ik neem even de tijd om wat te drinken en ren dan verder naar het Nesserbos.
Nesserbos
Op de heuvelachtige bospaden doe ik even rustig aan. Eenmaal uit het bos lopen we verder over een hobbelig duinpad. Een vervelend gedeelte en ik verstap me lelijk in een kuil. Dat levert een pijnlijke enkel op, maar gelukkig is er niks kapot.
Kweekbos
Na ruim 45 kilometer bereiken we het Kweekbos. Staatsbosbeheer waarschuwt hier met een bordje voor slecht begaanbare paden, maar de schade aan het omgeploegde bospad valt me eigenlijk wel mee. Hier deinst een doorsnee trailrunner niet voor terug. 🙂
Beukende tegenwind
Na het Kweekbos belanden we op een lang recht stuk zonder beschutting. Ik ben inmiddels wel behoorlijk klaar met de beukende tegenwind, maar we moeten nog een kilometer of vijftien. Ook hier verstap ik me een keer, maar gelukkig blijft het wederom zonder serieuze gevolgen.
Aansluiten en splitsen
Halverwege dit open stuk sluiten de lopers van de 35 kilometer aan en na zo’n vijftig kilometer word ik ingehaald door Edgar. Hij loopt er nog soepel bij, terwijl bij mij het beste er wel vanaf is. Verderop is een splitsing tussen de 35 en 60 kilometer. Edgar slaat daar linksaf en ik ga rechtsaf.
Heidegebied
We rennen door een heidegebied in de buurt van het vliegveld. Een prachtig stuk, maar wel lastig met vermoeide benen. Op een gegeven moment sluiten de lopers van de 35 kilometer weer aan en word ik na zo’n 56 kilometer bij de Jan Roepeheide voor de tweede keer ingehaald door Edgar.
Vuurtoren in zicht
Nog zeven kilometer te gaan en de vuurtoren komt in zicht. Maar eerst duiken we nog even de duinen in. We beklimmen het Engelmansduin en slingeren verder door de Hollumerduinen. Na ruim zestig kilometer bereiken we eindelijk de vuurtoren. Nu is het niet ver meer.
Hollumerbos
We rennen nog een kilometer door het heuvelachtige Hollumerbos en bereiken dan de Bosweg. Nog een kilometer tot de streep.
Hollum binnen
Hobbelend over de Bosweg kom ik Hollum binnen. Op de kruising met de Oranjeweg zie ik Edgar en we high-fiven. Dan hobbel ik verder naar de eindstreep.
Binnen met bier!
Na ruim zeven uur en drie kwartier ben ik eindelijk binnen. Ik ben behoorlijk gesloopt, met dank aan de tegenwindkracht zes. Met een medaille om mijn nek strompel ik naar de verzorgingspost en pak een finisherbiertje: Weissbier van Familienbrauerei Jacob. Binnen in Herberg De Zwaan zitten Jan, Jeanine en Peter ook aan het bier. Helaas zijn Jan en Peter uitgestapt wegens knieklachten. Ik drink nog een Ameland Blond en dan gaan we terug naar het huisje. Tijd voor een lekkere warme douche!
De Piraat
Veel tijd om bij te komen is er niet. Rond 17.00 uur pikken we Edgar op bij zijn hotel en rijden naar de haven. Maar voordat we terugvaren gaan we eerst nog smikkelen bij restaurant De Piraat, voor ons een vertrouwde locatie op Ameland. De keuze valt op een pannenkoek met spek. Heerlijk!
Snelboot
Om 18.30 uur pakken we de snelboot en nog geen twintig minuten later staan we alweer op het vasteland. Nog een uurtje rijden en dan zijn we terug in Groningen na een lange en zware hardloopdag. De tegenwind vond ik niet zo leuk, maar voor de rest heb ik weer enorm genoten van Ameland. Wat een prachtig eiland blijft het toch. Tot snel!