Duivelse Ultra
Dit jaar lijkt de backyardultra door te breken in Nederland. Na het idee van de Trailclub om de eerste officiële Nederlandse backyardultra (met een open einde) te organiseren, komen er twee 24-uursvarianten op de agenda: de Groningse Kardingebultra op 1 juli en de Utrechtse Duivelse Ultra op 1 oktober.
Bij de Kardingebultra krijg ik na ruim 100 kilometer een DNF achter mijn naam. Terecht, maar het zit me niet helemaal lekker. Daarom schrijf ik me in voor de Duivelse Ultra met als doel: revanche.
Duivelse Ultra
Voor de mensen die van een sportieve uitdaging houden organiseren we een Duivelse Ultra. Gedurende 24 uur lopen deelnemers elk uur een ronde van 6,66 km en de laatste ronde is 7,77 km. In totaal lopen de deelnemers dan de magische afstand van 100 mijl, Devil’s Trail-stijl. 😈
Doornse Gat
De startlocatie van deze Devil’s Trail-ultraloop is natuurgebied Doornse Gat op de Utrechtse Heuvelrug. Een gebiedje met de nodige hoogtemeters dus. Finishers van deze uitdaging overwinnen maar liefst 2279 hoogtemeters. Dat is geen kattenpis.

Het Doornse Gat.
Dagroute en nachtroute
Omdat het natuurgebied ’s nachts niet toegankelijk is, kent de race een dagroute en een nachtroute. Beide rondjes zijn (het duivelse getal) 6,66 km lang. Om uiteindelijk precies op 100 mijl uit te komen meet de laatste ronde 7,77 km. Het venijn zit hem in de staart.

Schematisch overzicht van de race.
Basiskamp
Aan de voet van de zandheuvel is het basiskamp. Hier kunnen we – dicht bij de start – onze eigen verzorgingspost inrichten met auto, camper of tent. Ik hou het simpel en stal mijn benodigheden uit in de kofferbak van mijn blauwe boodschappenbakkie. Een campingstoel erbij en klaar ben ik.

Het basiskamp.

Mijn eigen verzorgingspost.

Alle benodigdheden in de kofferbak.
Hesje
Tijd om een startnummer te scoren. Het nummer komt inclusief een herkenbaar wit hesje. Op het vest zitten ook reflectiestrepen, zodat we ook in het donker goed zichtbaar zijn. Aan de voet van de zandheuvel maak ik nog even een startselfie. Niet veel later is de briefing met de laatste informatie, zoals: uitstappen is hesje inleveren.

We starten straks bij deze zandheuvel.

Hesje plus startnummer.

Startselfie.

De briefing.
Het eerste rondje
Om exact vier uur ’s middags starten we. We beklimmen de zandheuvel en slaan rechtsaf de Kaapse Bossen in. We lopen een fraai rondje door het bosrijke gebied, onder meer om Landgoed De Ruiterberg heen. Her en der krijgen we ook wat klimmetjes en afdalinkjes voor de kiezen. Na ongeveer drie kwartier ben ik weer terug bij de zandheuvel. Afdalen en een kruisje zetten op het bord. De kop is eraf!

Daar gaan we.

Door het bos.

Afslag.

Een prachtig rondje.

Nog een laatste klimmetje.

En we zijn weer terug.

Het eerste vinkje staat!
Nog twee rondjes
Tot zonsondergang lopen we dit rondje nog twee keer. Ik spaar mijn krachten voor de rest van de race en loop in een ontspannen tempo. Zelfs dan ben ik steeds ruim op tijd binnen en is de pauze tussendoor lang genoeg om bij te tanken.

Daar gaan we weer.

Door het bos.

Tussen de rododendrons door.

De derde en voorlopig laatste afdaling.
De nacht
Om zeven uur ’s avonds beginnen we aan de eerste nachtronde. We rennen eerst een stukje over het terrein en gaan dan langs de Leersumsestraatweg en de oplopende Maarsbergseweg naar het keerpunt op de Sandenburgerlaan. Daarna bijna dezelfde route terug. Simpel gezegd: ruim 3 kilometer de ene kant op en daarna ruim 3 kilometer de andere kant op. Heel overzichtelijk.
Het schemerige eerste rondje werken we nog af zonder hoofdlamp, maar daarna moet ie op. Ik vind hardlopen in de nacht altijd wel lekker. Rennen in de stilte en de bundel van je hoofdlamp heeft iets bijzonders.

We beginnen aan de nachtroute.

Over het fietspad langs de Leersumsestraatweg.

Op naar het keerpunt.
Tactiek
Al snel besluit ik de oplopende stukken van deze ronde te wandelen om energie te besparen. In Harm vind ik een medestander van die tactiek. Een groot deel van de nacht lopen we samen en kletsen heel wat kilometers weg. Zo gaan de dertien nachtrondjes gestaag voorbij.
Licht in de duisternis
Rond zeven uur ’s ochtends begint het weer licht te worden. Altijd een magisch moment. De lamp kan inmiddels uit, maar we werken nog één nachtrondje af. De nacht ben ik prima doorgekomen, op een haperende hoofdlamp na (hoera voor reservehoofdlampen). Toch ben ik ook wel blij dat het nu weer licht wordt.

Rond 7 uur begint het weer licht te worden.

Goedemorgen!
Vrij aardig
De eerste rondjes in het ochtendlicht gaan vrij aardig. Het is weer even wennen aan de smallere paadjes, maar de dagroute is een stuk afwisselender dan de nachtroute. Al snel staan er op het bord 18 vinkjes achter mijn naam. Driekwart van de race zit erop.

Door het uitgestrekte bos.

De eerste rondjes in het licht gaan vrij aardig. (foto: Rinus Luijmes)

18 rondjes down, 6 to go.
Moeizaam
In het laatste kwart van de race krijg ik het lastiger. Toch leidt dat niet tot hele grote problemen. Mentaal zit ik goed en fysiek loop ik niet in het rood. De rondjes gaan een tikkie langzamer dan voorheen en ik ben de langzaamste deelnemer, maar bij de streep hou ik steeds zo’n zeven tot acht minuten over. Dat is voldoende. Met het oog op de laatste langere ronde is die marge echter bepaald niet ruim.

En weer een rondje… (foto: Leo Goes)

In de slotfase gaat het wat moeizamer. (foto: Leo Goes)
De laatste ronde
We starten met een aanlooprondje van ruim een kilometer om het hele terrein heen. Daarna volgt weer het reguliere dagparcours, maar we zijn dan al zo’n zeven minuten onderweg. Precies mijn marge en het wordt dus spannend. Veel sneller dan in de laatste rondjes loop ik niet, maar het moet kunnen. Terug bij het Doornse Gat heb ik nog zo’n drie minuten voor de laatste 500 meter. Door blijven hobbelen nu.
Eindsprintje
Bovenaan de zandheuvel hoor ik iemand “de laatste ultra!” roepen en van beneden klinken luide aanmoedigingen. Dat motiveert me enorm tot een flinke eindsprint; mijn snelste afdaling in de afgelopen 24 uur. Ik ren over de streep en hoor dat ik nog zeven seconden over heb. Later wordt die marge op basis van de officiële tijdwaarneming gecorrigeerd naar één seconde. Ik zei al dat het spannend zou worden. 😀
Drie medailles
Ik krijg maar liefst drie medailles omgehangen en wissel felicitaties uit met de andere Duivelse Ultra’s. Ze hebben allemaal de eindstreep gehaald en sommigen zelfs met een rap laatste rondje. Hartstikke goed gedaan! Daarna is het tijd voor een groepsfoto. En bier! Dat hebben we wel verdiend na een etmaal hardlopen.

Drie medailles!

Alle finishers van de Duivelse Ultra. (foto: Rinus Luijmes)

Proost!
Mooi avontuur
Wat een mooi avontuur was deze Duivelse Ultra! Niet alleen was de race prima georganiseerd in een prachtige omgeving, maar er heerste ook een leuk sfeertje onder alle deelnemers en vrijwilligers. Iedereen bedankt voor deze toffe duivelse uitdaging. 😈

Certificaatje.