Uitwaaien op Vlieland
Na de drie geslaagde eilandtripjes van afgelopen jaar wil ik ook dit jaar weer aan enkele eilandloopjes meedoen. De Stortemelk Halve Marathon op Vlieland in augustus staat als eerste op de kalender. Begin februari al schrijf ik me in. Na overleg met het thuisfront maken we er meteen een vakantieweekje van, want zo goed kennen we het eiland nog niet. Ik weet dat ik wel eens op Vlieland ben geweest, maar daar herinner ik me bijna niks meer van.
Aankomst
Een dag van tevoren haal ik mijn startnummer op in de terminal van Rederij Doeksen. Lekker rustig nog, want het grootste contingent hardlopers arriveert pas de volgende dag met de boot van 10.30 uur. Onder hen zijn Hans, Robert en Arnold. Ook Bert is aan boord. Hij had zich aanvankelijk ook ingeschreven voor de halve marathon, maar hij blijkt niet fit genoeg om te lopen. Omdat de bootkaartjes al waren besteld, maakt hij er vandaag met zijn vrouw een lekker dagje Vlieland van.
Naar de camping
Na een kopje koffie op het terras met het hele gezelschap begeven de hardlopers zich naar camping Stortemelk, waar de start plaatsvindt. Er zijn vandaag bijna 450 deelnemers aan de halve marathon. Het weer is prima, maar het waait flink. Gelukkig komt de wind uit zuidwestelijke richting, zodat we de laatste acht kilometers geen tegenwind hebben. Maar tot ruim twaalf kilometer hebben we dus wel last van de wind en tot dat punt wil ik m’n krachten sparen.
De start
Om 12.30 uur klinkt het startschot en maken via een schelpenpaadje eerst een lusje oostwaarts. Via de jachthaven gaan we richting het dorp en lopen we de Dorpsstraat helemaal uit. Op de Postweg passeren we de Waddenzee, waar we inderdaad de wind vol tegen hebben. Hier staat ook de eerste drinkpost. Geen bekertjes, maar zakjes water! Het vergt enige oefening om die open te krijgen en de eerste slokken gaan bepaald niet soepel naar binnen.

De eerste slokken gaan niet echt soepel naar binnen.

Hans bij de drinkpost.
Wind tegen
Na zo’n zes kilometer slaan we rechtsaf en steken via het fietspad en het Pad van 30 het eiland over. Aan het eind van de weg slaan we linksaf en gaan op weg naar het Posthuys. Ook hier hebben we de wind tegen en het stuk van zo’n vijf kilometer achter de Noordzeeduinen is zwaar. Via het Pad van 6 lopen we weer terug naar de andere kant van het eiland en slaan bij het Posthuys linksaf richting het dorp.
Terugpakken
Er volgt een klein stukje bos en iets verderop hebben we de Waddenzee ditmaal aan onze rechterhand. De wind staat nu een beetje schuin in onze rug. Ik voel me goed en kan nog wel een tikkie versnellen. Langzaam maar zeker pak ik een loper terug, die me na zo’n zeven kilometer inhaalde. Ik heb hem steeds in het vizier gehouden, want hij loopt een lekker tempo. Maar in de laatste vijf tot zes kilometer gaat hij kennelijk compleet stuk, want later op de streep ben ik uiteindelijk ruim twintig minuten sneller…
Streep
Tussen achttien en twintig kilometer verlies ik ook wat snelheid en als ik de Dorpsstraat indraai voor de laatste kilometer gaat het niet soepel meer. Toch kan ik ergens halverwege – waar Bert en zijn vrouw op een terrasje zitten – nog aanzetten voor een eindsprint. Als eindtijd klok ik 1:48:38 uur, een prima tijd vind ik. De opbouw van mijn race was goed en veel sneller had ik vandaag gewoon niet gekund. Een kleine tien minuten later komt Hans over de streep, die in de laatste kilometers kapot is gegaan. Even daarna passeert Arnold de streep en weer iets later komt Robert binnen.
Hoosbui
Na het douchen en omkleden drinken we met z’n allen nog even wat bij café Plezant, terwijl er een flinke hoosbui losbarst. We hebben het overdag dus getroffen, want als we in dit weer hadden moeten lopen… Een uurtje later nemen we afscheid van de rest van de groep, die nog even een hapje gaat eten en daarna de boot naar huis pakt. Nog één nachtje en dan zit ook ons verblijf op Vlieland erop. Het was een prachtige week, waarin ik maar liefst 66 kilometer heb hardgelopen.

De uitslagen.