Rentree bij de 4 Mijl
Dit jaar doe ik weer eens mee aan de 4 Mijl. In 2003 deed ik voor het laatst mee. Bij de Bedrijvenloop, maar dat vond ik niet zo’n denderende ervaring. Als langzamere loper werd ik meermaals door snellere lopers aan de kant geduwd. Irritant. Bovendien vond ik het veel te druk op het parcours. Jarenlang geen 4 Mijl voor mij dus, maar na tien jaar kriebelt het wel weer. En ach, Haile Gebrselassie keert vandaag pas na twintig jaar terug bij de 4 Mijl, dus die ben ik sowieso te snel af.
Flinke wandeling
Wat minder meevalt is het inschrijfgeld. Maar liefst 19 euro vragen Grietje Pasma en consorten voor een startnummer. Toe maar weer. Daarvoor mag ik wel gratis met de trein naar Haren. Handig. Vanaf het station is het echter nog een flink stuk wandelen naar de startvakken. Minder handig. Pas twintig minuten later zet ik mijn tas op de kledingwagen. Daarna loop ik terug over de Kerklaan en zoek ik mijn startvak. Ik beland ergens tussen de hekken. Steeds mogen we een startvak doorschuiven. Stukje bij beetje komen we in de buurt van de start. Als streven wil ik vandaag onder het half uur lopen. Het zal er om spannen.
Last van de drukte
Vanwege de drukte kom ik moeizaam weg op de Kromme Elleboog en de Kerkstraat. Eenmaal op de Rijksstraatweg is er meer ruimte en kan ik versnellen tot rond 4:30 min/km. Dat tempo kan ik vrij goed volhouden. Dat moet trouwens ook wel om mijn streeftijd te halen. Het Herewegviaduct kom ik goed over en eenmaal beneden zie ik mijn vrouw, zoontje en schoonmoeder langs de kant staan. Ik stop even om ze te groeten.
Naar de streep
Daarna snel weer door, want er is geen tijd te verliezen. Voluit ren in de Herestraat in, maar helaas moet ik af en toe inhouden. Het is hier druk en soms is er even geen ruimte om te passeren. Nog één bocht naar rechts en dan voluit naar de streep op de Vismarkt. Ook hier is het druk, maar ik hoef nu niet meer in te houden.
Acht seconden
Op de streep klok ik uiteindelijk 30:07m. Dat is balen! Ik kom acht seconden te kort voor een eindtijd onder het half uur. En ik dacht nog wel dat ik op koers lag. Daarom ook heb ik niet meer op mijn horloge gekeken. Dat had ik beter wel kunnen doen, want echt kapot ben ik niet. Met een eerdere sprint had ik dit verschil nog wel kunnen goed maken. Nou ja, niks meer aan te doen, behalve: volgend jaar revanche!